De illusie van de onsterfelijkheid

Na 10 jaar de natuur en de dieren in het huisje in het bos aan de rivier geobserveerd te hebben, realiseer ik mij dat je het leven in 1 korte zin kunt samenvatten: je wordt geboren en je sterft. Meer is er niet aan, twee uitersten waartussen je laveert, een evenwichtsoefening op een slappe koord. Geboorte en dood, elkaars tegengestelde. Je wurmt je helemaal alleen door het nauwe geboortekanaal, de herinnering daar aan ben je vergeten, misschien had je wel angst, doodsangst, geklemd tussen weinig uiteen wijkende wanden, het eerste loslaten in je leven, het achterlaten van een warme en veilige omgeving. Je wordt, ongeduldig, opgewacht door een schare mensen die je zacht opvangen, handen die ondersteunen, een warm lichaam waar je op rust.

Omgekeerd, lig je – hopelijk – omringd door dragende mensen die afscheid van je nemen, misschien ben je angstig omdat je weet of voelt dat je helemaal alleen door een nauwe donkere tunnel moet. Net als in het begin is het een grote onbekende, het allerlaatste loslaten. Het verlaten van een veilige, vertrouwde omgeving naar een Niets waar tijd en ruimte niet bestaan.

Tussen de twee uitersten leven we. We spelen, gaan naar school, vriendjes of vriendinnetjes, werken en gaan de ratrace in. We zingen, we vechten, we huilen we bidden, we lachen, we werken. Hard en veel, heel veel om te verzamelen wat we dikwijls, niet altijd maar vaak, eigenlijk niet nodig hebben, niet om de bewonderen maar om bewonderd te worden. We hebben geen tijd, we hebben haast, ongelooflijke haast. Er komt een nieuwe geboorte en misschien nog een, monden dienen gevoed, huizen dienen gebouwd, reizen worden geboekt verder, exotischer, exclusiever.

We leven eeuwig tot dat hardnekkige hoestje dat niet overgaat, dat kleine knobbeltje die je voelt, dat vlekje op de huid dat toch aan ander kleurtje krijgt, een bloedproef die verkeerd uitvalt. Plots krijg je andere prioriteiten en besef je dat de onsterfelijkheid, het einde waar je eigenlijk nooit hebt bij stil gestaan, een illusie is. Anderen, ja die zijn sterfelijk, wij echter, wij gaan door, wij zijn sterk. We duwen het voor ons uit. Hadden we maar af en toe eens…

Akkoord, je kunt niet altijd je ogen op de uitgang houden en wanneer je 18 of 30 of 40 jaar bent is het inderdaad niet iets waar je elke dag mee bezig bent. Als ik iets heb geleerd in de natuur is het wel dit: de dood loopt altijd met je mee ongeacht hoe en waar je leeft.

Mijn moeder zaliger vertelde mij twee dingen toen mijn eerste kind na een week naar huis mocht: je hebt ze niet om te houden. Het tweede was een harde noot: vanaf nu zal het ouder worden, achteruit gaan en uiteindelijk zal het ooit er mee gedaan zijn…

2 Reacties op “De illusie van de onsterfelijkheid

  1. Zo mooi verwoord, tja, dat eenmaal het leven. Wij zitten hier ook al aan de fase van het te leren aanvaarden dat die verschrikkelijke K ziekte ook tussen onze 4 muren binnen sloop, terwijl wij zo lang dachten….dat komt alleen maar bij een ander voor. Bedankt voor de mooie tekst. Die zal ik bij houden
    Groetjes vanuit Adinkerke

  2. Beste John,

    Hou de moed erin !  De medische evolutie kent een grote vooruitgang. Vanaf heden bestaat de mogelijkheid je te herstellen.  Precies alsof je pech heb met de wagen welk stevig  zal worden hersteld..  Met of zonder wisselstukken of allerlei.Over het leven, in welke zin dan ook …..     …..   lees even 2 Korintiers 4   16-18 en 2 Korintiers 5 Vriendelijke  groeten,    Willy en Sunia

Anrwoord

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.